Dit patroon
is geschikt voor een 3- of 4-jarige.
Bij het
ontwerpen heb ik de stappen uit dit bericht gebruikt.
Wil je ander
garen gebruiken of een ander maat maken?
Gebruik dan
de tabel en het stappenplan uit dit bericht.
Materialen:
Kies het garen waar
je mee wilt haken.
Ik gebruik twee bollen Saskia garen (blauw en wit) van de Wibra
en haak met
dubbele draden
Haaknaald 6
mm (of 7 mm als je wat strakker haakt)
Stopnaald of
tapistrynaald
Gebruikte steken
(Keer)Losse
Halve vaste
Vaste
Half stokje
Proeflapje = Stap 1 uit het stappenplan voor een passende muts
12 - 13
halve stokjes (volgens de aanpak van deze muts) gehaakt met dubbele draden en 8
- 9 toeren gehaakt met haaknaald 6 mm = 10 x 10 cm
Tijdens het
haken van de muts controleer ik of het 12 of 13 steken moet zijn en of 8 of 9
toeren het beste klopt. Soms pakt het tijdens het haken van een groter
oppervlak toch net anders uit dan bij het kleine proeflapje.
Stap
2 Hoeveel steken heb ik nodig voor de gewenste omtrek van de muts?
De gewenste omtrek
voor een 3-jarige is 51 cm.
(51 : 10) x
12 steken = 61,2 steken.
Afgerond
naar 60 steken.
In de toeren
van de cirkel worden steeds steken gemeerderd en in de laatste toer van de
cirkel moeten het 60 steken zijn.
Stap
3 Hoeveel toeren zijn er nodig voor de gewenste diameter van de cirkel
(bovenkant) van de muts?
De gewenste
diameter is 14 cm.
(14:10) x 8
toeren = 11,2 : 2 = 5,6 toeren
Ga je uit
van 9 toeren op 10 cm, dan wordt de som:
(14:10) x 9
toeren = 12,6 : 2 = 6,3 toeren
Halve toeren
kun je niet haken, dus ik kies voor een diameter van 6 toeren.
Stap
4 Hoeveel steken moeten per toer worden gemeerderd in de cirkel?
Wij moeten
uitkomen op 60 aan het einde van de cirkel (zie stap 2).
Dat moeten
we bereiken in 6 toeren.
60 : 6 = 10
steken per toer.
Stap
5 Bepalen hoeveel toeren nodig zijn voor de gewenste hoogte van de muts.
Deze stap
bereken ik na het haken van de cirkel.
Dan kan ik
controleren hoeveel toeren er in 10 centimeter gaan bij het grotere werk.
En nakijken
of de cirkel de gewenste grootte heeft.
Werkbeschrijving
Je haakt de
muts van boven naar beneden.
De eerste toer
en de laatste twee toeren haak je in kleur 1.
Daarna
wissel je in iedere toer van kleur.
Verderop
wordt uitgelegd hoe je van kleur verandert bij dit patroon.
Begin iedere
toer met 2 keerlossen.
Deze steken tellen niet mee voor de steken van een toer.
Eindig iedere
toer met 1 halve
vaste in de achterkant van de 2e
losse van die toer (je krijgt nog uitleg over wat ik bedoel met de
achterkant van een steek).
Let op:
Haak niet te
strak. Dan behoud het garen zijn veerkracht en wordt de muts niet te stijf.
Toer 1
Start met
een magische
ring. Haak 2 keerlossen en daarna 10 halve stokjes in de ring.
Trek de
begindraad stevig aan, zodat het gat van de ring sluit.
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de lus aan de achterkant van de 2e keerlosse van het begin van de toer.
Toer 2
Haak 2 keerlossen.
(tellen niet mee als steek) en in ieder half stokje van de vorige toer 2 halve stokjes, waarbij je niet
gewoon onder de v van het halve stikje van de vorige toer doorgaat, maar onder
de lus aan de achterkant
van de steek. (20 steken)
Vanaf nu steek je bij
ieder half stokje onder de lus aan de achterkant van de steek door. Aan de
voorkant van je haakwerk liggen de steken een stukje over de volgende toer
heen. Zo ontstaan de ribbels.
Sluit de toer
met 1 halve
vaste in de achterkant van de 2e
keerlosse van deze toer. Hierbij wissel je gelijk van kleur.
Toer 3
Haak 2 keerlossen.
*Haak 1 half stokje
en in de volgende steek 2 halve stokjes.* Herhaal van * tot *. (=30
steken)
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer. Wissle hierbij gelijk van kleur.
Toer 4
Haak 2 keerlossen.
*Haak 1 half stokje
de eerste 2 steken en haak 2 halve stokjes in de 3e steek.* Herhaal
van * tot *. (= 40 steken).
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer. Wissel hierbij gelijk van kleur.
Toer 5
Haak 2 keerlossen.
*Haak 1 half stokje
in 3 steken en 2
halve stokjes in de 4e steek*.
Herhaal van
* tot *. (= 50 steken).
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer. Wissel hierbij gelijk van kleur.
Toer 6
Haak 2 keerlossen.
*Haak 1 half stokje
in 4 steken en 2
halve stokjes in de 5e steek*.
Herhaal van
* tot *. (= 60 steken).
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer. Wissel hierbij gelijk van kleur.
De cirkel is
nu klaar.
Deze bepaalt
de uiteindelijke omtrek van de muts.
Controleer
of je nu de gewenste diameter van 14 cm hebt bereikt.
(niet dan
kun je in de 7e toer nog enkele steken meerderen om de gewenste
diameter alsnog te bereiken.
Controleer
hoeveel toeren een lengte van 10 cm geven.
In mijn
geval ga ik nu voor de lengte verder uit van 9 toeren = 10 cm.
Stap
5 Bepalen hoeveel toeren nodig zijn voor de gewenste hoogte van de muts.
Gewenste
hoogte voor de muts is 16,5 cm.
(16,5 : 10)
x 9 toeren = totaal 14,85 toeren = afgerond 15 toeren
Toer 7 – 14
Haak 2 keerlossen.
Haak in
iedere steek 1
half stokje. (= 60 steken).
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer. Wissel hierbij aan het einde van iedere toer gelijk
van kleur.
Toer 15
Haak 2 keerlossen.
Haak in
iedere steek 1
half stokje. (= 60 steken).
Sluit de
toer met 1
halve vaste in de 2e
keerlosse van deze toer.
Toer 16 (de
afwerkingstoer)
Haak 1 losse en
keer je haakwerk.
Haak in ieder half stokje van de vorige toer 1 vaste.
Haak in ieder half stokje van de vorige toer 1 vaste.
Sluit de
toer van 1
halve vaste in de eerste vaste
van deze toer. Hecht af.
Werk netjes
alle losse draden weg met een naald.
Het kleine mutsje is gemaakt voor een prematuur geboren kindje.
Het is gehaakt met enkele draden Saskia-garen van de Wibra.
De aanpassingen van de maten, steken en toeren zijn op basis van het stappenplan.
Let op: dit patroon is voor eigen gebruik en is niet bestemd voor commerciële doeleinden.
De tekst en foto's mogen alleen onder vermelding van de ontwerpster Margaret Rekers, m.rekers@amberscreaties.nl worden gebruikt in de social media.
Natuurlijk staat het u vrij om de door u gehaakte mutsen te verkopen.
Veel haakplezier,
Het is een schattig mutsje met die randjes.
BeantwoordenVerwijderenIk vraag me alleen af wat je met " onder de lus aan de achterkant van de steek " bedoelt. Ik ken de steek waarbij je van voor- of van achteraf om het stokje van de vorige toer heen haakt. Bedoel je dat?
Groetjes, Nelleke
Ik bedoel niet het om de steek heen haken.
VerwijderenAls je boven op het v-tje van de steek kijkt en je draait je haakwerk zo dat je net de achterkant ziet, dan zie je pal achter het v-tje nog een draad/lus lopen. daar steek je onderdoor.
Zo komt het v-tje bovenop je haakwerk te liggen. Ik zal van de week een extra foto maken om het nog duidelijker te laten zien.
Groetjes, Margaret
wauw, thanx voor je patronen...
BeantwoordenVerwijderenuh, misschien een patroontje voor poppen ook? Mijn dames zouden dat erg leuk vinden ;) xxx
Op dit moment zit ik helemaal in de mutsen, sjaals en dergelijke.
VerwijderenMaar ik zal jouw verzoek in mijn ideeënboekje zetten voor een later moment. Zo'n muts kan niet met deze dikke garen worden gehaakt. Misschien wel handig om de hoofdmaat van jouw dametjes te weten om een passend patroon te maken.
Groetjes en sterkte komende week, Margaret
Wat een mooie en duidelijke uitleg.
BeantwoordenVerwijderenGrtjs
Daniëlle
Lief compliment. Dank je.
VerwijderenGroetjes, Margaret